12 december 2024
Gebiedsgerichte aanpak BMA West-Brabant
De Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw (BMA) is uitgegroeid tot een toonaangevend instrument voor verduurzaming van de landbouwsector. Met de inzet en betrokkenheid van grote ketenpartners en tientallen telers biedt de Zuidwestelijke Delta een inspirerend voorbeeld voor heel Nederland en daarbuiten. Afgelopen half jaar breidde de BMA Zuidwestelijke Delta verder uit met een nieuwe pilot: de Gebiedsgerichte aanpak biodiversiteitsmonitor akkerbouw West-Brabant.
De pilot wordt getrokken door Groene Cirkels ketenpartner Cosun Beet Company en is gericht op het vertalen van gebiedsdoelen naar praktische maatregelen op bedrijfsniveau met een sterke focus op samenwerking, beloning en haalbaarheid. In samenwerking met ZLTO en Boerenverstand wordt verkend hoe gebiedspartijen en ketenpartijen kunnen samenwerken om akkerbouwers te belonen die gebiedsdoelen mee helpen realiseren.
Gebiedsdoelen
Een van de tools die in ontwikkeling is om gedeeltelijk antwoord te kunnen geven op bovenstaande vragen is de Biodiversiteitsmonitor Akkerbouw (BMA). Dit is een universeel instrument van 8 kritische prestatie indicatoren (KPI’s) waarmee de bijdrage van de akkerbouwer aan opgaven rondom biodiversiteit en klimaat inzichtelijk wordt gemaakt.
Vertrekpunt van de pilot zijn de gebiedsdoelen voor West-Brabant die voortkomen uit de nationale en regionale opgaven en de keten. Cosun Beet Company wil samen met akkerbouwers en ketenpartners een bijdrage leveren aan het bereiken van deze doelen, gericht op klimaat, biodiversiteit, emissiereductie en waterbeheer. Samen wordt er gezocht naar en gepraat over maatregelen die agrarische ondernemers kunnen integreren in hun bedrijfsvoering om bij te dragen aan deze doelen.
Daarbij is de vraag leidend in hoeverre beoogde maatregelen daadwerkelijk bijdragen aan de opgaven in een specifiek gebied en dus daadwerkelijk nodig zijn. Daarom is een van de belangrijkste onderdelen van de pilot het berekenen van de KPI-scores van de deelnemers. Deze scores worden vastgesteld op bedrijfsniveau én op gebiedsniveau. Zo is te zien hoe een hele regio scoort op duurzaamheidsindicatoren en worden akkerbouwers aangemoedigd om samen te werken aan collectieve verbeteringen. De cijfers worden in het eerste kwartaal van 2025 verwacht.
Praktische handvatten
Ondertussen voeren ZLTO en Boerenverstand keukentafelgesprekken met deelnemende akkerbouwers. ‘Deze gesprekken vormen de kern van de aanpak’, vertelt Angela Noordhoek, Projectleider Duurzaamheid Agro bij Cosun Beet Company. ‘Samen met telers kijken we hoe de gebiedsdoelen vertaald kunnen worden naar praktische maatregelen op het erf.’
De pilot zet zich ook in voor het bieden van praktische handvatten. Zo wordt met deelnemers gekeken welke maatregelen haalbaar zijn en hoe deze passen binnen hun bedrijfsvoering. Noordhoek: ‘De BMA is een krachtige tool, maar het succes ligt in hoe we dit vertalen naar concrete maatregelen die telers daadwerkelijk vooruithelpen. Zo komen we tot maatregelen die zowel bijdragen aan de bedrijfsvoering als aan de bredere gebiedsdoelen.’
Drempels verlagen
In de pilot wordt ook gekeken naar financiële prikkels zoals bonussen of rentekorting voor duurzame technieken, en naar versoepeling van regelgeving. Cosun, het moederbedrijf van o.a. Cosun Beet Company, bekend van gewassen als suikerbieten, aardappelen en cichorei, speelt een centrale rol in de ontwikkeling van deze financiële instrumenten.
Cosun Director Agro Development Gert Sikken legt uit waarom de coöperatie dit belangrijk vindt: ‘Duurzaamheid is voor ons geen modewoord, maar een kernwaarde. Terwijl we werken aan een betere bodem, lagere emissies en een duurzaam productiesysteem, moeten onze telers natuurlijk wel kunnen blijven boeren.’ Via het Groeikracht Cosun programma, waar hij programmamanager is, wordt hieraan concreet invulling gegeven.
Een voorbeeld is het stimuleren van mechanische onkruidbeheersing in de cichoreiteelt. Dit verlaagt het gebruik van herbiciden, maar brengt hogere kosten met zich mee. Om deze drempel te verlagen, biedt Cosun dochter Sensus een duurzaamheidsbonus voor telers die deze technieken toepassen.
Een ander initiatief is de samenwerking met Rabobank en Cosun dochter Aviko. Telers die investeren in verduurzaming kunnen rekenen op een rentekorting van 1,5% van zowel Rabobank als Aviko op hun financieringen, een belangrijk hulpmiddel in economisch uitdagende tijden.
‘We willen dat de drempel om te verduurzamen zo laag mogelijk wordt, zonder de financiële druk op telers te verhogen’, aldus Sikken. Door boeren actief te betrekken, praktische oplossingen te bieden en beloningsmechanismen te ontwikkelen, ontstaat er een model waarin duurzaamheid niet alleen mogelijk, maar zelfs rendabel wordt.
Samenwerken in de keten
Het grote BMA-project in de Zuidwestelijke Delta inspireert de rest van Nederland. Zo loopt er een vergelijkbare pilot in Drenthe. De BMA kent 8 KPI’s die betekenis hebben voor akkerbouwers. Sikken denkt dat de BMA ook een breed gedragen instrument kan worden in de Europese akkerbouw. ‘Een uniforme aanpak op basis van gedeelde parameters zou de sector enorm vooruit helpen. We moeten naar een model waarin duurzaam handelen niet alleen een verplichting is, maar ook wordt beloond. Dat betekent niet alleen waardering in euro’s, maar ook minder beperkingen in regelgeving en meer ruimte voor innovatie.’
‘Het succes van de BMA hangt af van samenwerking met toeleveranciers, afnemers, financiële instellingen en beleidsmakers’, stelt Sikken. ‘Het belonen van duurzaam handelen moet een gezamenlijke verantwoordelijkheid worden. Alleen dan kunnen we stappen zetten naar een toekomstbestendige akkerbouw. Als de BMA wordt omarmd door overheden, ketenpartners en consumenten, kan deze tool het verschil maken in de landbouwtransitie.’
Noordhoek sluit zich hierbij aan: ‘Wat we in deze pilot leren, kan een belangrijke stap zijn naar een toekomst waarin boeren en ketenpartners gezamenlijk bijdragen aan een duurzamere landbouw. Het gaat erom dat we samen oplossingen vinden die werken – op het erf, in het gebied en in de keten.’